In de spirituele traditie van de Cisterciënzers neemt de handenarbeid een voorname plaats in. Want ook in werken kan God gevonden worden. Of zoals het staat op een gedenksteen in de buitenmuur van de vroegere boerderij: ‘Opdat God in alles worde verheerlijkt’ (naar 1pe 4,11). Dit verwijst naar de regel van Sint-Benedictus (rb 57,9) die voor ons monnikenleven een belangrijke inspiratiebron is.
Al sinds de tijd van Benedictus, nu zo’n 1500 jaar geleden, worden dan ook de nodige ambachten binnen de muren van het klooster verricht. Hier in Maria Toevlucht was dat van bij de start in 1900 hoofdzakelijk landbouw. Aan het klooster was een boerderij (de Kievit) verbonden, tot deze activiteit recent afgebouwd werd en vervangen voor brouwen.